‘Door Nationale Visie en Strategie meer gezamenlijke focus’
De NVS is nu haast een jaar een feit. De visie wordt breed gedragen en de kortetermijn-strategie is verbonden aan de doelstellingen uit het integraal zorgakkoord (IZA). Inmiddels is de strategie voor de langere termijn ook meer uitgewerkt: wat zijn de strategische doelstellingen en wat moet er gebeuren om deze doelen te bereiken? ‘De opgave is groot. Dit is niet aan te vliegen als kant-en-klaar programma, het vraagt een transitiegerichte aanpak, met input en betrokkenheid van burgers, patiënten, zorgverleners, onderzoekers, beleidsmakers en leveranciers.’
IZA ook een stap verder
Intussen is ook het Integraal Zorgakkoord (IZA) een stap verder, het Uitvoeringsakkoord Gegevensuitwisseling werd eind januari 2024 ondertekend. Olga: ‘In het Uitvoeringsakkoord worden belangrijke prioriteiten gesteld op het gebied van gegevensuitwisseling. Wat is het meest basale dat op orde moet komen om andere processen en usecases te faciliteren en zo de IZA-afspraken haalbaar te maken? Zetten we bepaalde stappen niet, dan lopen we bijvoorbeeld ook vast bij de Wegiz-uitwisselingen of bij het (her)gebruik van data om te leren en verbeteren.’
Het IZA Uitvoeringsakkoord beslaat:
- Eenheid van taal;
- Generieke functies;
- Een landelijk dekkend netwerk van infrastructuren.
‘Het gebruik van SNOMED CT is een concrete keuze die bijdraagt aan het komen tot Eenheid van Taal. De verschillende sectoren gebruiken nu vaak hun eigen coderingen.* Dit soort veranderingen zijn forse trajecten, die veel vragen van het veld. Hier komt het aan op de bereidheid een stap opzij te zetten in het algemene belang. Dat commitment van de bestuurders ligt er nu.’
Door het krappe tijdsbestek bij het schrijven van het Uitvoeringsakkoord, konden de leveranciers niet op voorhand betrokken worden en gevraagd worden om het akkoord mede te ondertekenen. ‘Uiteraard hebben zij wel een belangrijke rol bij de uitwerking van de plannen en planningen, dat staat ook in het Uitvoeringsakkoord. Ook is opgenomen dat de afspraken terugkomen in de Gedragscode en het Convenant zoals beschreven in het actieplan Zorg-ICT-markt. Op die manier hopen we ook tot commitment van leveranciers te komen.’
Wat is randvoorwaardelijk, wat bieden leveranciers?
Olga schetst duidelijke grenzen tussen de rol van de (semi)overheid en die van ICT-leveranciers. ‘Data moeten bij wijze van spreken vrij kunnen stromen, beschikbaar zijn voor burger en zorgprofessional. De (semi)overheid zorgt voor publieke voorzieningen, daarop moet je niet concurreren. Leveranciers kunnen zich richten op het maken van zo gebruiksvriendelijk mogelijke systemen die de zorgverlener optimaal ondersteunen in hun zorgprocessen. En in goede systemen die de burger ondersteunen om volwaardig deelnemer te zijn aan het gezondheidsinformatiestelsel. Bijvoorbeeld door gebruik van PGO’s, digitale zorgtoepassingen en gezondheidsapps, zodat zij daadwerkelijk meer inzicht en eigen regie bereiken. Leveranciers hebben we nodig voor innovaties, voor de functionaliteiten. Dan heb je een win-win-situatie.’
Olga wijst op het belang van een generieke inzagefunctie. ‘Die hebben we opgenomen in het IZA Uitvoeringsakkoord, ook als publieke dienst. Zo’n generieke functie gebaseerd op actueel gebruik van data aan de bron kan enorm bijdragen aan het op uniforme manier beschikbaar stellen van data. Voor de burger via bijvoorbeeld zijn PGO, voor de zorgverlener via het eigen EPD of XIS. Om deze functionaliteit te realiseren maken we zoveel mogelijk gebruik van bestaande functionaliteiten in de markt. We helpen hiermee alle zorgverleners en burgers. Leveranciers kunnen de functionaliteit integreren in hun systemen.’
Verder dan 2026, breder dan de regio’s
Het IZA loopt tot 2026, de NVS-horizon ligt in 2035. Olga: ‘In het IZA Uitvoeringsakkoord gaat het over een landelijk dekkend netwerk van infrastructuren. We zetten vol in op de verbinding van bestaande infrastructuren op korte termijn, ook noodzakelijk voor de Wegiz-uitwisselingen. Maar we gaan ook verder, met het realiseren van een non-concurrentiële infrastructuur voor databeschikbaarheid, waar ook ná 2026 nog aan zal worden gewerkt . Omdat dit volledig in lijn is met de NVS, durven partijen het aan hiervoor al in dit IZA-document te tekenen. Zo zie je dat de NVS al enorm helpt, het geeft richting. Uiteindelijk gaat het erom: waar willen we staan in 2035?’
De meer regionale focus van het IZA bijt het nationale perspectief van de NVS allerminst, volgens Olga. ‘De regio’s hebben hun eigen prioriteiten. Maar voor optimale databeschikbaarheid is een landelijk dekkend digitaal netwerk randvoorwaardelijk. We werken daarom met een toetsingskader voor de transformatieplannen die voortkomen uit de regioplannen. Hebben ze een grote digitale component, dan toetsen we ze aan de NVS. Zo voorkomen we dat er regionale dataplatforms ontstaan die onderling niet goed interoperabel zijn. Zorgverzekeraars verbinden partijen uit verschillende regio’s door ze te wijzen op elkaars initiatieven, daaruit zijn al mooie samenwerkingen ontstaan. Zo kom je tot kennisdeling over de regio’s heen. Bij digitale zorg zien we al steeds meer “proudly copied from”, bij gegevensuitwisseling is het nog wel eens “not invented here”. Daar moeten we vanaf.’
Het grote geheel blijven zien
Enkele aandachtspunten heeft Olga nog wel. ‘We kunnen wellicht nog beter kijken naar oplossingen die er al zijn binnen het sociaal domein en de publieke gezondheid, bijvoorbeeld op het gebied van authenticatie, autorisatie en dossiervorming. Waarom zouden we geen zaken van elkaar hergebruiken?’ Duurzaamheid is een ander aspect dat ze graag meer van meet af aan zou meenemen bij de keuzes die gemaakt worden. ‘Digitalisering zorgt vooral voor afname van vervoersbewegingen. Maar we kunnen nog beter nadenken over de gevolgen van toename van dataopslag en langere bewaartermijnen et cetera.’
Ze sluit af: ‘Maar het gaat erom dat we gezamenlijk dezelfde kant opgaan. Dit kan alleen samen en onder voorwaarde dat we het grote geheel blijven zien, het gezamenlijke maatschappelijke doel. Natuurlijk, er zijn veel belangen in de diverse sectoren, de investeringen zijn aanzienlijk en keuzes zullen altijd ergens pijn doen. Maar pijn hoort bij transities. Zonder de bereidheid van partijen om af en toe een stap opzij te zetten of een andere richting uit te gaan, komen we er niet. Het start met de neuzen dezelfde kant op. En die gezamenlijke focus is meteen het allergrootste winstpunt dat NVS en IZA bieden.’
*Lees ook het interview met Heleen van Boetzelaer en Huib Hezemans (NHG) in SynthesHIS van december 2023, pp. 23-26.