Afbeelding
Koos Veefkind

Bestuurder Koos Veefkind: ‘Samen voor het grotere belang werken’

Koos Veefkind is al enige tijd actief als bestuurder bij VZVZ en heeft inmiddels een goed beeld gevormd van de organisatie. Hij lacht: "Ik ben iemand die eerst de thermometer in de organisatie steekt om te begrijpen wat er goed gaat en wat verder verbeterd kan worden." Zijn focus ligt op het bestendigen van sterke punten en het verduidelijken van VZVZ's rol in de realisatie van de Nationale Visie en Strategie op het gezondheidsinformatiestelsel. "Het is belangrijk dat we helder communiceren over wat wij wel en niet doen," benadrukt hij.

Samen resultaten behalen

Veefkind heeft ruime ervaring met bestuur en informatietechnologie binnen bedrijfsleven en overheid, het meest recent bij de Nationale Politie en de Belastingdienst. Waarom de overstap naar VZVZ? ‘Bij mijn vorige werkgever de Belastingdienst was ik verantwoordelijk voor de informatietechnologie. Daar werkten vierduizend mensen. Het ging om projecten met een heel lange doorlooptijd. Dit jaar word ik zestig en ik wilde switchen naar een meer overzichtelijkere organisatie, waarbinnen je samen iets kunt bereiken. Een organisatie waar je de mensen nog kent en waar je directer op het resultaat zit.’ 

Als toezichthouder binnen de ziekenhuiszorg zag hij hoe complex de zorgsector is en hoeveel er op het gebied van digitalisering nog moet gebeuren. ‘Ik was VZVZ in eerdere functies al eens tegengekomen, dus wist wat men deed. Werken in een maatschappelijk relevante organisatie vind ik belangrijk.’

VZVZ-medewerkers willen de zorg beter maken

De nieuwe bestuurder kreeg een warm welkom. Het valt hem op dat VZVZ een mooie mix heeft aan medewerkers. ‘Zowel mensen met inhoudelijke kennis van het zorgveld als medewerkers met veel technische kennis. Onder hen ook mensen die al vanaf het begin van de organisatie erbij zijn, vanaf de bedoeling. We hebben enthousiaste medewerkers met de ambitie om de dingen beter te maken in de zorg.’ Als ‘verwonderpunt’ noemt hij de versnippering van het zorgveld. ‘Het lijkt of er bij elke uitdaging een nieuwe stichting of andere organisatievorm is opgezet. De sector is onoverzichtelijk en dat geeft een risico op witte vlekken.’

Dat VZVZ sterke stelsels, zoals AORTA-LSP binnen deze context een plek heeft weten te geven, vindt Koos Veefkind knap. ‘VZVZ heeft zich vanuit een pioniersfase ontwikkeld naar een organisatie met een stevige positie op het gebied van interoperabiliteit. We bekleden een unieke positie doordat we de connectie met het veld leggen, vraagstukken bundelen en mensen en zorgkoepels bij elkaar brengen.’ Hij vertelt over een bijeenkomst binnen de medisch-specialistische zorg: ‘Er waren 120 deelnemers vanuit het veld, leveranciers, het ministerie, Nictiz en Zorgverzekeraars Nederland. Thema: hoe realiseren we samen de NVS? Mooi om kennis te delen en te verdiepen. We willen samen stappen zetten door een digitaliseringsroadmap op te stellen. Het is belangrijk zulke events te organiseren en op te halen wat de grote vragen zijn.’

Innovatiekracht leveranciers optimaal benutten

‘Die vragen halen we op bij de zorgkoepels, onze leden, zij bepalen onze inhoudelijke koers. Zaken komen al dan niet terecht in onze jaarplancyclus. Met de leveranciers stemmen we af wat wel en wat niet haalbaar is, we zijn heel afhankelijk van hen. Zij komen met oplossingen, wij zorgen ervoor dat die passen binnen het stelsel en getoetst worden. Samen bespreken we hoe de oplossingen van leveranciers tijdig kunnen meegroeien met de lopende ontwikkelingen. Wat hebben zij nodig om onze voorzieningen in te bouwen in hun software? We moeten de innovatiekracht van de leveranciers optimaal benutten’, stelt Veefkind.

Hij vindt het positief dat leveranciers zich verenigen en hun eigen standpunten innemen. ‘Mooi dat zij nu gezamenlijk hun stem laten horen. Zo kunnen we gemakkelijker met elkaar het gesprek voeren dan met elk bedrijf apart.’

Stevige rol in gezondheidsinformatiestelsel helder maken

Die eerste maanden is Veefkind ervan doordrongen geraakt dat er heel wat moet gebeuren om de databeschikbaarheid binnen de zorg naar een hoger plan te tillen. Hij is blij met het nationale beleid in de vorm van de NVS en de Europese verordening European Health Data Space (EHDS), beide met een strakke tijdlijn. ‘We moeten naar één gezondheidsinformatiestelsel waarbinnen de patiënt centraal staat en van wie de medische gegevens probleemloos van de ene naar de andere zorgaanbieder kunnen stromen. Mits de patiënt dat wil, uiteraard. Om dat te bereiken moeten alle betrokken partijen – overheid en bedrijfsleven – over hun schaduw heen stappen. Iedereen werkt vanuit het belang van het grotere geheel. Dat kan geen enkele partij alleen, daar moeten we echt sámen iets voor doen. En er is geen tijd daar nog uitgebreid over te discussiëren met elkaar.’

De belangrijkste opgave voor dit moment is de rol die VZVZ kan spelen bij het realiseren van de NVS intern en extern zo helder mogelijk te maken, volgens Veefkind. ‘We zijn in de positie om een belangrijke rol te krijgen binnen het Gezondheidsinformatiestelsel. Een relevante bijdrage blijven leveren en verantwoordelijkheid nemen. Dát wil ik bereiken. Onze rol moet duidelijk zijn: wat doen we wel, wat niet? Hij sluit af: ‘We zijn het aan onze stand verplicht de databeschikbaarheid te helpen verbeteren.’